Het planten van fruitbomen
Voorbereiden en planten
Daar het slechts over een kleine oppervlakte gaat, kan men praktisch iedere grond geschikt maken voor het aanplanten van een fruithaag. We kunnen goede grond aanbrengen of intens werken met compost en andere organische stoffen. Natte gronden kunnen we draineren, of indien dit niet mogelijk is, een verhoogde terp van ongeveer 50 tot 80 cm breedte aanleggen.
Voorbereiden
We doen er goed aan de te beplanten vakken een tweetal weken van tevoren klaar te maken. Wat hierboven geschreven werd over bodem en bemesting, maakt duidelijk dat we bij het voorbereiden rekening moeten houden met de grond waarover we beschikken. Daar de strook grond aangelegd wordt voor enkele jaren, moet dit zeer zorgvuldig gebeuren. Het is immers de basis voor het welslagen van onze fruittuin.
Als u een plantgat maakt en
daarin alleen goede grond
aanbrengt, blijven de wortels alleen in die grond groeien. Het is dus
belangrijk om een overdreven groot gat te maken van 0,75 m bij 0,75 m
en
0,60 m diep als u de grond wilt verbeteren. De grond die er
uit komt
mengen met potgrond en/of compost en het gat weer dicht gooien. Hierin
kunt u de fruitboom planten.
Voor
kleigronden is het wel beter de compost geheel of gedeeltelijk te
vervangen
door turfstrooisel.
Wanneer planten?
Normaal
kan men, als de grond niet bevroren is, de hele winter fruitbomen
planten. De
beste planttijd is de periode van half oktober tot half mei. Hoe
vroeger men plant des te meer de planten in de zomer groeien. Planten
in pot kunnen het hele jaar door geplant worden. Wel bij droog weer
letten op het water geven.
In
natte gronden is het aan te raden na de winter, in februari –
maart, te
planten. Door draineren of aanleggen van een verhoogde terp kunnen we
in deze
gronden ook voor de winter planten.
Hoe planten?
Omdat
we hier op een vooraf klaargemaakte grond planten, moet het
gat
niet
groter gemaakt worden dan het wortelgestel. De entplaats (knobbel) moet
wel
boven de grond blijven. We vermijden daardoor, dat er wortels
onstaan op
het geënte hout, waardoor hij te sterk begint te groeien en
niet meer draagt.
Dus niet te diep planten en rekening houden met het feit dat de boom na
het
planten nog iets dieper zakt.
Bij
het planten de wortels in het gat mooi openspreiden en bij het
aanvullen
de
boompjes een beetje schudden, zodanig dat de aarde tussen de wortels
valt.
Daarna de grond goed aandrukken.